WIE ZIJN WIJ?
Renault 16 Club Tilburg.

ONDERDELEN
De Renault 16 ontleed.

WERKPLAATS
HANDBOEKEN


TESTS & TECHNIEK
De feiten.

ROEST
Roest(bescherming)

HISTORIE
Geschiedenis Renault 16.

COLLECTORS' ITEMS

AFBEELDINGEN
De '16' in volle glorie.

GALLERY

ANDERE RENAULTS
Andere succesnummers!

FORUM
Renault 16-helpdesk.


LINKS
Onze Renault-vrienden.


CONTACT
Vragen, opmerkingen of suggesties? Mail ons!

ONDERDELEN BESTELLEN?
Mail Geert


 

 


Historie van de onvolprezen Renault 16

Begin jaren ’60 had Renault  alleen kleinere gezinsauto’s in hun modellenreeks:  Dauphine, Dauphine Gordini, Floride, Floride S, Caravelle, Renault 8, Renault 8 Major. Een echte topper ontbrak er bij Renault vanaf 1960 toen de Fregate niet meer werd gefabriceerd.
Na enkele vooraankondigingen in najaar 1964 werd op de Autosalon van Geneve in maart 1965 de nieuwe Renault boreling  gepresenteerd. Zeker wat vormgeving betreft was het een geheel nieuwe auto en ook op technisch gebied was er een aantal noviteiten.
Philippe Charbonneaux is de ontwerper van de koets van de 16, een geslaagd compromis tussen een zeer comfortabele reiswagen en een middelgrote break (stationwagen). Het ontwerp van vier portieren en een extra vijfde deur was de eerste ter wereld in de middenklasse. Daarnaast was het interieur in 7 verschillende variaties te veranderen.
Chefconstructeur Yves Georges zorgde voor de opmerkelijke techniek zoals: torsiestaafvering, onafhankelijke wielophanging, bijna geheel aluminium motor met losse cilinderbussen, geheel gesloten koelsysteem met zelfdenkende ventilator.
Het geheel van vooruitstrevende vormgeving en vooruitstrevende techniek leverde de Renault 16 terecht de titel ‘Auto van het Jaar’ op in 1965.

Tot de Autosalon van 1968 was de 16 leverbaar in L, GL en GLS uitvoering. Alledrie met een 1470cc motor die 55 pk levert. In maart 1968 werd een sportieve variant met aanmerkelijk meer vermogen en een geheel gewijzigd dashboard gepresenteerd: de Renault 16 TS. Deze motor heeft een slagvolume van 1565 cc en beschikt over 83 pk. In maart 1969 verscheen de eerste Renault met computergestuurde (jawel!) automaat: de Renault 16 TA voorzien van een 1565cc motor met 67 pk.
Voor het modeljaar 1971 (en volgende) vindt de meest opvallende wijziging plaats aan het uiterlijk van de Renault 16: de karakteristieke achterlichtunits worden vervangen door rechthoekige exemplaren en de aluminiumkleurige achterklepstrip wordt vervangen door een matzwart exemplaar welke nu doorloopt tot aan de zijkant, boven de gewijzigde achterlichten. De GL en GLS uitvoering worden vervangen door de L en TL, nu voorzien van de motor uit de 16 TA.
Het uiteindelijke topmodel verschijnt in najaar 1973: de Renault 16 TX. Een motor met 1647cc, 93 pk, vijf versnellingen, elektrische ramen voor, centrale deurvergrendeling, dakspoiler, achterruitwisser en –sproeier,
vier vierkante koplampen (voorzien van halogeen lampen)  i.p.v. twee rechthoekige, sportieve Gordini velgen en naar wens leverbaar met (een combinatie van) automaat, airco, lederen bekleding, elektrisch bediend schuifdak, getinte ruiten, metaallak en lichtmetalen Dunlopvelgen.
Na 10 zeer succesvolle jaren werd stapje voor stapje het Renault 16 aanbod ingekrompen. In 1976 eindigde de productie van de L en TS. De TL met de 55 pk motor verliet voor het laatst de fabriek in 1978. De TL in 66 pk uitvoering, de TL automaat, de TX en de TX automaat zijn tot 1980 geproduceerd.
Het totale aantal geproduceerde Renault 16 bedraagt 1.846.000 stuks
.

Lees verder:
Wijzigingen van in- en exterieur van de Renault 16
van 1965 tot en met 1980